HenrietteSchrijft.nl

‘De hele wereld valt in verdoemenis’ moppert mevrouw de Boer bij binnenkomst. ‘Geen mens kijkt nog naar elkaar om, ze zijn maar druk met Facebook en die rottige telefoon maar een bezoek aan hun eigen oma, ho maar’.  Ik zie mevrouw de Boer geregeld op het spreekuur met allerlei uiteenlopende klachten en kwaaltjes van een dame op leeftijd maar daarbij heb ik haar nog nooit in een dergelijk slecht humeur getroffen. Ik kijk zijdelings naar mijn computerbeeldscherm om de reden van dit consult te achterhalen. ‘Gesprekje’ heeft de assistente opgeschreven. Dat kan natuurlijk van alles betekenen. Aan mij de nobele taak om te achterhalen wat het is dat ik in deze 10 minuten voor haar kan betekenen.

Vanuit de opleiding krijgen we training in gespreksvoering. Een huisarts is  bij uitstek een vooral pratende dokter en communicatieve vaardigheden zijn daarbij wel handig. Belangrijk aandachtspunt is de hulpvraag. Wat is het dat deze patiënt op dit moment bij mij op het spreekuur komt doen? Met andere woorden hoe kan ik deze patiënt zo goed mogelijk helpen aansluitend bij zijn of haar behoefte? Om dit te toetsen wordt van ons verwacht dat we om de zoveel tijd video’s aanleveren waarop (met toestemming van de patiënt) een consult te zien is. Niet mijn hobby. Het blijft raar om jezelf pratend en al op het beeldscherm te zien.  Om het ons een graadje moeilijker te maken willen ze vanuit de opleiding vooral de gecompliceerdere gesprekken zien.  Dus niet het categorie patiënt waarbij de hulpvraag er duimendik bovenop ligt (patiënt met oorpijn die antibiotica wil) maar de meer moeilijke gesprekken waarbij het  probleem soms lastig te achterhalen is.

Achteraf denk ik dat ik het lot een beetje getart heb. Mevrouw de Boer leek me een goede kandidaat voor een ‘gecompliceerd’ gesprek.  Vanaf het moment dat ik haar om toestemming voor het filmen van het gesprek vroeg, nam de donderwolk die boven haar hoofd hing, toe. Vanuit alle mogelijke invalshoeken probeerde ik te achterhalen wat haar dwars zat; depressie, angst, eenzaamheid? Op alles gaf ze een stellig ontkennend antwoord. Toen ik haar tenslotte vroeg wat het is wat ik voor haar doen kon, zei ze ‘nou gewoon, dit’ waarop ze haar tas pakte en op dezelfde manier de kamer uitbeende als dat ze hem binnen was gekomen.

Tot zover mijn ‘modelconsult’. En de hulpvraag? Die blijf ik schuldig.